De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Betreft Aanpak van huiselijk geweld op Caribisch Nederland
Geachte voorzitter,
In november 2012 heeft het Koninkrijk der Nederlanden het Verdrag van de Raad van Europa inzake het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld (Verdrag van Istanboel) ondertekend. Op dit moment is wetgeving in voorbereiding voor goedkeuring van het Verdrag voor het gehele Koninkrijk. Het streven is er op gericht dat het Verdrag ook van toepassing wordt op Caribisch Nederland. Om te onderzoeken welke gevolgen de implementatie van het verdrag heeft voor de aanpak van huiselijk geweld en geweld tegen vrouwen op Bonaire, Sint-Eustatius en Saba (de BES-eilanden/Caribisch Nederland), heeft Regioplan een verkennend onderzoek uitgevoerd. Dit onderzoek is verricht in opdracht van de ministeries van Veiligheid en Justitie, van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het onderzoeksrapport ‘De aanpak van huiselijk geweld op de BES-eilanden’ vindt u in de bijlage. Mede namens de minister van Veiligheid en Justitie, de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, geef ik hierna een reactie op dit rapport.
Geweld tegen vrouwen versus huiselijk geweld In het rapport ligt het accent op geweld in huiselijke kring. Andere vormen van geweld waarvan vrouwen disproportioneel slachtoffer worden, i.c. seksueel geweld en mensenhandel, zijn nog niet in het onderzoek meegenomen. Bij de implementatie van een aanpak voor huiselijk geweld in Caribisch Nederland, zullen wij desondanks seksueel geweld buiten de huiselijke kring, waar mogelijk, direct meenemen. Voor wat betreft de aanpak van mensenhandel vindt al samenwerking met Caribisch Nederland plaats. In 2015 zal bezien worden in hoeverre de aanpak van mensenhandel tegemoet komt aan de eisen uit het Verdrag van Istanboel.
Onderzoeksresultaten op hoofdlijnen In het onderzoeksrapport van Regioplan komt naar voren dat op de eilanden de registratie van huiselijk geweld niet optimaal is. Toch bestaat de indruk dat het bij huiselijk geweld op de eilanden, in vergelijking met Nederland, vaker om zwaardere vormen van fysiek geweld gaat. Huiselijk geweld doet zich bovendien voor in vele verschijningsvormen. Op Bonaire is wederzijds geweld vaker door respondenten genoemd dan op Saba en St. Eustatius, waarbij wordt aangegeven dat vooral vrouwen slachtoffer zijn van fysiek geweld. Vrouwen zijn ook veel vaker slachtoffer van seksueel geweld dan mannen. Psychisch geweld en kindermishandeling komen ook veelvuldig voor. Wanneer wordt gekeken naar alle geweldsvormen tezamen, dan wordt de helft van de vrouwen en bijna veertig procent van de mannen op enig moment in hun leven slachtoffer van huiselijk geweld. Belangrijke oorzaken zijn gelegen in de (opvoedings-)cultuur, die zich kenmerkt door een bevelshuishouding (gehoorzaamheid, fysieke beloning en straf), waarin kinderen niet betrokken en gestimuleerd worden tot meningsvorming en een positieve identiteitsvorming. Fysiek geweld vanuit een opvoedkundig perspectief bezien, maakt bovendien deel uit van de heersende cultuur op de eilanden. De prevalentie van huiselijk geweld is hardnekkig, omdat deze nauw samenhangt met de armoede- en huisvestingsproblematiek op de eilanden. Blijkens het onderzoeksrapport is de huidige aanpak van huiselijk geweld gefragmenteerd en weinig intensief.
Reactie op het onderzoek De uitkomsten van het onderzoek zijn reden tot zorg. Als Nederland zijn wij verplicht om huiselijk geweld in Caribisch Nederland aan te pakken. Niet alleen vanwege de verplichtingen die het Verdrag van Istanboel met zich meebrengen, maar vooral ook omdat het onacceptabel is dat slachtoffers van huiselijk geweld in (Caribisch) Nederland niet de hulp ontvangen die zij nodig hebben.
Het onderzoeksrapport maakt duidelijk dat huiselijk geweld nauw samenhangt met andere vormen van sociale problematiek. Door de armoedeproblematiek zijn bijvoorbeeld slachtoffer en dader financieel afhankelijk van elkaar en kunnen er conflicten ontstaan. De huisvestingsproblematiek kan tot spanningen leiden, omdat vaak meerdere mensen met elkaar in een kleine ruimte wonen. De aanpak van huiselijk geweld mag daarom niet los worden gezien van de brede aanpak van sociale problematiek. Pas wanneer ook op deze terreinen vooruitgang kan wordt geboekt, zal een investering in de aanpak van huiselijk geweld tot een daadwerkelijk structurele verbetering van de situatie in Caribisch Nederland kunnen leiden. Goede afspraken over een integrale benadering zijn dus nodig om, samen met de bestuurscolleges van Caribisch Nederland, de aanpak huiselijk geweld (en seksueel geweld) op Caribisch Nederland stevig vorm te kunnen geven.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties coördineert de aanpak van verschillende sociale problemen in Caribisch Nederland, zoals de kinderrechten en de armoedeproblematiek, en zal in lijn hiermee ook de aanpak van huiselijk geweld coördineren. De CN-week medio juni 2014 biedt de mogelijkheid om op korte termijn afspraken te maken met de bestuurders van Caribisch Nederland over de integrale aanpak van de brede sociale problematiek. Hierbij wordt huiselijk geweld betrokken en dat zal aansluiten bij de aanpak van kinderrechten. Huiselijk geweld waarvan kinderen getuige zijn, is immers ook een vorm van kindermishandeling en schending van de rechten van het kind. Om huiselijk geweld structureel te kunnen terugdringen vraagt de preventie van intergenerationele overdracht van geweld om specifieke aandacht.
Na de CN-week van juni 2014 informeert de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties u over de afspraken die met Caribisch Nederland zijn gemaakt over de aanpak van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld.
Hoogachtend,
de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
drs. M.J. van Rijn